Zijn toekomst is de universiteit van Leiden, waar hij rechten gaat studeren en dan in de richting International Business. Maar dat zal nog even duren, zo lacht hij.
Hij begon te voetballen bij de mini’s van Warnsveldse Boys, maar stapte het volgende jaar over naar Be Quick. Vervolgens ging het van via F6, F2 en F1 door naar de rest van de jeugdteams tot en met het afgebroken afgelopen Hoofdklasse-seizoen in O19 onder trainer Jon Zegerius. Net als die reeds eerder geïnterviewde teamgenoten is hij vol lof over Jon. Best een beetje streng, maar ook taktisch slim en ervaren. En niet te vergeten, een vriendelijke man.
Tom is niet erg tevreden over de trainingsopkomst in het begin. Later werd dat steeds beter, maar hij vond dat daar zijn trainer daarmee te kort werd gedaan. Dat verdiende hij niet, zo vertelt hij.
Gevraagd naar zijn kwaliteiten, zegt hij zijn loopvermogen als linksachter en het opkomen. Tom heeft niet vooraan gestaan bij het uitdelen van grote monden, maar hier is hij heel stellig in en dat is maar goed ook.
In het geval hij niet door de voorselectie mocht komen, zal hij daar flink van balen, maar hem niet doen afhaken.
Zo en af toe mocht hij aanhaken bij de selectie van afgelopen seizoen en daar is hij niet onverdeeld positief over. Het onbrak bij een aantal spelers aan discipline. De meesten zijn inmiddels alweer vertrokken en dat is beter voor de positieve sfeer die er nu weer hangt. Ook Tom is blij dat hij op zaterdag kan blijven voetballen, want dat vindt hij toch het leukste. Heel gelukkig is hij met zijn vrienden bij de club, die hij ook buiten Be Quick regelmatig ziet.
Als laatste vertelt hij, dat hij zo af en toe de oude Be Quick Nieuwzen nog eens in kijkt. Gewoon leuk toch? “Daar zie ik uw naam vaak in staan”. Ik zei aan het begin van het gesprek, dat hij me de voornaam mocht noemen. Maar het blijft keurig u. Wij noemden dat vroeger gewoon beleefdheid. Gelukkig blijkt dat er hier en daar toch nog te zijn.
Oh ja, Tom is zo’n Be Quicker die graag in een pyjama van de club zou slapen. Heeft iemand er eentje?
Cees Seevinck.
